Die Schildkröte und die Enten
De Schildpad & de Eenden
Eine neugierige Schildkröte träumt vom Fliegen und trifft zwei freundliche Enten, die ihr helfen wollen, ihren Wunsch zu erfüllen. Aber manchmal kann es zu unerwartetem Ärger führen, wenn man bekommt, was man sich wünscht.
Eine Schildkröte lebte an einem Teich.
Een schildpad leefde bij een vijver.
Zwei Enten waren seine Freunde.
Twee eenden waren zijn vrienden.
Sie unterhielten sich gern jeden Tag miteinander.
Ze praatten graag elke dag samen.
Eines Sommers trocknete der Teich sehr stark aus.
Op een zomer werd de vijver zeer droog.
Es war kein Wasser mehr da.
Er was geen water meer over.
Die Enten sagten,
De eenden zeiden,
"Wir müssen zu einem anderen Teich fliegen."
"Wij moeten naar een andere vijver vliegen."
"Aber ihr könnt nicht mit uns fliegen."
"Maar je kunt niet met ons meevliegen."
Die Schildkröte war traurig.
De schildpad was bedroefd.
Er sagte,
Hij zei,
"Bitte nehmen Sie mich mit."
"Neem me alsjeblieft met je mee."
"Ich möchte nicht allein hier bleiben."
"Ik wil hier niet alleen blijven."
Die Enten dachten lange nach.
De eenden dachten lange tijd na.
Dann sagte eine Ente,
Toen zei een eend,
"Wir haben eine Idee."
"Wij hebben een idee."
"Wir werden einen Stock mit unseren Schnäbeln festhalten."
"Wij zullen een stok vasthouden met onze snavels."
"Du kannst die Mitte des Stocks beißen."
"Jullie kunnen het midden van de stok bijten."
Dann können wir dich tragen.
Dan kunnen we je dragen.
Die Schildkröte war glücklich.
De schildpad was gelukkig.
"Das ist ein guter Plan!"
"Dat is een goed plan!"
sagte er.
zei hij.
Die Enten fanden einen starken Stock.
De eenden vonden een sterke tak.
Sie sagten der Schildkröte,
Ze vertelden de schildpad,
"Du darfst deinen Mund nicht öffnen."
"Je mag je mond niet opendoen."
Du darfst nicht sprechen.
"Je mag niet praten."
"Wenn du sprichst, wirst du fallen."
"Als je praat, zul je vallen."
Die Schildkröte sagte,
De schildpad zei,
"Ich verstehe."
"Ik begrijp het."
"Ich werde nicht sprechen."
"Ik zal niet praten."
Die Enten hoben den Stock auf.
De eenden pakten de stok op.
Die Schildkröte biss in die Mitte.
De schildpad beet in het midden.
Sie begannen zu fliegen.
Ze begonnen te vliegen.
Die Menschen am Boden sahen sie.
Mensen op de grond zagen hen.
Sie zeigten und riefen,
Ze wezen en riepen,
"Schaut!"
Kijk!
"Eine Schildkröte fliegt!"
"Een schildpad vliegt!"
Wie seltsam!
"Hoe vreemd!"
"Wie komisch!"
"Hoe grappig!"
Die Schildkröte hörte die Menschen.
De schildpad hoorde de mensen.
Er wollte ihnen sagen, dass es seine Idee war.
Hij wilde hun vertellen dat het zijn idee was.
Er vergaß die Warnung.
Hij vergat de waarschuwing.
Er öffnete den Mund, um zu sprechen.
Hij opende zijn mond om te spreken.
Die Schildkröte fiel zu Boden.
De schildpad viel naar de grond.
Er war verletzt, aber nicht tot.
Hij was gewond maar niet dood.
Die Enten flogen herab, um ihm zu helfen.
De eenden vlogen naar beneden om hem te helpen.
Die Schildkröte lernte ihre Lektion.
De schildpad leerde zijn les.
Manchmal ist es besser zu schweigen.
Soms is het beter om stil te blijven.