De Hond & Zijn Spiegelbeeld
Il Cane e il Suo Riflesso
Een hongerige hond vindt een heerlijk bot en draagt het over een brug boven een beekje. Wanneer hij naar beneden kijkt in het water, ziet hij iets dat hem nog meer doet verlangen.
Een hond vond een groot stuk vlees.
Un cane trovò un grosso pezzo di carne.
Hij was erg blij.
Era molto felice.
Hij pakte het vlees met zijn bek op en begon naar huis te gaan.
Prese la carne con la bocca e iniziò ad andare a casa.
Op weg naar huis moest de hond een kleine brug over een rivier oversteken.
Sulla strada di casa, il cane doveva attraversare un piccolo ponte sopra un fiume.
Toen hij naar beneden in het water keek, zag hij een andere hond.
Quando guardò giù nell'acqua, vide un altro cane.
Deze andere hond had ook een stuk vlees in zijn bek.
Anche quest'altro cane aveva un pezzo di carne in bocca.
De hond dacht: "Die hond heeft ook vlees!
Il cane pensò: "Anche quel cane ha la carne!"
Zijn vlees ziet er groter uit dan het mijne.
La sua carne sembra più grande della mia.
Ik wil zijn vlees!" De hond opende zijn bek om naar de andere hond te blaffen.
Voglio la sua carne!" Il cane aprì la bocca per abbaiare contro l'altro cane.
Hij wilde het vlees van de andere hond afpakken.
Voleva prendere la carne dell'altro cane.
Maar toen hij zijn bek opendeed, viel zijn eigen stuk vlees in het water.
Ma quando aprì la bocca, il suo pezzo di carne cadde nell'acqua.
Het vlees zonk naar de bodem van de rivier.
La carne affondò nel fiume.
De hond kon het niet terugkrijgen.
Il cane non riusciva a riprenderlo.
Nu had de hond helemaal geen vlees meer.
Ora il cane non aveva affatto carne.
Hij was erg verdrietig.
Era molto triste.
De andere hond in het water was ook verdwenen.
Anche l'altro cane nell'acqua era scomparso.
De hond leerde dat de andere hond slechts zijn spiegelbeeld in het water was.
Il cane capì che l'altro cane era solo il suo riflesso nell'acqua.
Er was geen andere hond.
Non c'era nessun altro cane.
Er was geen ander stuk vlees.
Non c'era nessun altro pezzo di carne.
De hond ging hongerig naar huis omdat hij te veel wilde.
Il cane tornò a casa affamato perché voleva troppo.